Het aantal tieners dat van het internet gebruik maakt, is de laatste vier jaar met 24 procent gegroeid. Inmiddels gaat 87 procent van de 12- tot 17-jarigen geregeld online.
Jongeren maken vergeleken met vier jaar geleden ook intensiever gebruik van het wereldwijde web en verkennen steeds meer mogelijkheden van het medium. Dat blijkt uit het rapport "Teens and Technology" van het onderzoeksinstituut Pew Internet & American Life Project
.
Een kort overzicht van het cijfermateriaal leert dat 51 procent van de tieners online thuis beschikt over breedband. Eenentachtig procent van de jonge internauten speelt spelletjes online, dat is 52 procent meer dan vier jaar geleden. Zesenzeventig procent zegt op het internet ook op zoek te gaan naar nieuws (een stijging van 38 procent) en 43 procent heeft al online aankopen gedaan (een stijging van 71 procent). Tot slot speurt 31 procent van de jeugdige internetgebruikers het web af naar informatie over gezondheid, een toename van 47 procent vergeleken met vier jaar geleden.
Uit het onderzoek, in november 2004 verricht bij 1.100 Amerikaanse jongeren van 12 tot 17 jaar, blijkt tevens dat tieners niet alleen vaker en intensiever het net opgaan, maar zich ook van steeds meer technologische middelen en snufjes bedienen. Vooral computers, gsm's en blackberries (een klein draagbaar toestel dat computer-, telefonie-, fax- en netwerkfuncties combineert) blijken populair te zijn
.
Zo gaf 84 procent van de ondervraagde adolescenten aan minstens een van deze drie apparaten te bezitten. Een goede 45 procent van de Amerikaanse tieners beschikt over een eigen gsm en velen bezitten daarnaast ook verschillende andere apparaten die verbinding kunnen maken met het internet.
"Een toenemend aantal tieners leeft in een wereld waar computer en communicatietechnologieën prominent aanwezig en op elk moment beschikbaar zijn. Internet en gsm's vormen de motor die het ritme van hun dagelijkse leven bepaalt", legt Amanda Lenhart, mede-auteur van de studie, uit.
De nieuwe technologieën maken het voor jongeren mogelijk om op verschillende manieren en via verschillende kanalen met hun vrienden, ouders of leerkrachten te communiceren. En vaak bepaalt de doelgroep ook het communicatiemiddel. Waar e-mail vroeger gold als het moderne communicatiemiddel bij uitstek onder vrienden, wordt het nu vooral gebruikt om te communiceren met 'volwassenen' zoals leraren, of met instellingen, zoals de overheid en de school. Instant messaging (IM) en text messaging hebben nu de plaats ingenomen van e-mail als de favoriete applicatie onder jongeren. Het feit dat zo'n 75 procent van de tieners online gebruik maakt van instant messaging, is daarvan het bewijs. Toch wordt het gewone telefoongesprek nog steeds als eerste genoemd wanneer jongeren wordt gevraagd naar hun meest gebruikte communicatievorm.
Bron HBVL