Op de website van de Tijd staat nu een art. met de kop: Telecomlobby wil mij het zwijgen opleggen.
Dit is de (vrij zware)beschuldiging van A. De Croo,ik kan echter het voll. art. niet openen.
‘Telecomlobby wil mij het zwijgen opleggen'
16 juni 201801:02
’Proximus is geen kamerplant. We moeten de markt niet afschermen opdat het bedrijf kan overleven’, zegt Alexander De Croo. ©Dieter Telemans
Met zijn pleidooi voor meer concurrentie op de telecommarkt haalde minister van Digitale Agenda Alexander De Croo (Open VLD) zich de woede van de telecombedrijven op de hals. ‘Overal in Europa dalen de prijzen, behalve bij ons. Ik sta aan de kant van de consument.’
Met zijn pleidooi voor de privatisering van de spoorwegen en voor het vrij baan geven aan een concurrent voor de telecombedrijven Proximus, Telenet en Orange is Open VLD-vicepremier Alexander De Croo er afgelopen week in geslaagd alle aandacht naar zich toe te trekken. De bazen van die drie bedrijven stonden op hun achterste poten en hun beurskoers zakte toen de liberale minister van Digitale Agenda en Ontwikkelingssamenwerking aankondigde dat hij bij de veiling van het Belgische mobieletelefoonnet begin volgend jaar een vierde speler wil introduceren. De komst van een nieuwe concurrent zal volgens De Croo tot lagere prijzen leiden.
Met profilering in de aanloop naar de verkiezingen van volgend jaar - De Croo als de man die ons minder voor een gsm-abonnement deed betalen - heeft dat volgens de Oost-Vlaming niets te maken. ‘Zeg dat alstublieft niet. Ik ben hier al drie jaar mee bezig. Ik heb het gemakkelijk gemaakt om van operator te switchen, ik heb prijsvergelijkingen gemakkelijker gemaakt en ik bereid deze veiling die tot lagere prijzen moet leiden al twee jaar voor.’
Het is erg hoe de Vlaamse en federale minister van Werk over het brugpensioen als ridders op een paard met een lans op elkaar afstormen.
Alexander De Croo
Vicepremier Open VLD
Het eerste wat Telenet na uw aankondiging deed, was de prijzen verhogen. Zo’n goede zet waren uw uitspraken dan toch niet?
Alexander De Croo: ‘Die prijsverhoging van Telenet voelt als een opgestoken middenvinger, maar zat al maanden in de pijplijn. Mijn plannen hebben daar niets mee te maken, maar ze bieden wel een antwoord. We betalen in ons land veel geld voor beperkte telecompakketten. We zien ook dikwijls een haasje-over bij de telecomspelers. Als Proximus zijn prijzen verhoogt, doet Telenet hetzelfde. Daardoor zijn de telecomprijzen sinds 2016 met meer dan 6 procent gestegen, terwijl ze overal in Europa dalen. In Frankrijk en Duitsland met 2 procent en in Nederland met meer dan 13 procent. Bij ons gebeurt dat niet door een gebrek aan concurrentie. Ook de Europese Commissie en de telecomregulator BIPT wijzen daarop.’
We lezen in een rapport van het BIPT dat onze markt gesatureerd en competitief is. Zijn er geen andere manieren om de prijs te drukken?
De Croo: ‘Ik ben geen communist die vaste prijzen oplegt. Ik wil via de markt werken en ik stel vast dat geen van de drie huidige spelers een prijsvechtersmentaliteit heeft. Dus lijkt me de komst van een nieuwe speler een goede manier om de concurrentie aan te zwengelen. Dat is ook de slotconclusie van het BIPT. Ik ga vragen dat de instelling haar rapport aan de regering overmaakt.’
‘Laat ons de markt openen. Als er niemand geïnteresseerd is, so be it. Dan hebben we niets verloren. Ik begrijp echt niet waarom er zoveel weerstand is tegen meer vrije markt. Tenzij die weerstand is ingegeven door de huidige telecomspelers die hun positie willen behouden. Ik begrijp dat ik me niet tot hun beste vriend maak, maar ze gaan echt wel ver. Ze hebben zelfs geprobeerd om me via mijn partijvoorzitster Gwendolyn Rutten het zwijgen op te leggen. Ik vrees dat ze op de proppen zullen komen met fake rapporten waarvan de conclusies op voorhand vastliggen: de prijzen zijn niet te hoog en meer concurrentie is niet nodig. Ze zullen altijd wel een consultant vinden die zo’n studie geloofwaardigheid wil geven.’
Volgens John Porter, de topman van Telenet, maakt een nieuwe concurrent investeringen in een 5G-netwerk - de opvolger van de huidige 4G - minder waarschijnlijk, omdat de marges kleiner worden en ze dus minder geld ter beschikking hebben.
De Croo: (sarcastisch) ‘Als dat klopt, moet John Porter dringend de economische handboeken herschrijven. Voor die theorie kan hij de Nobelprijs Economie krijgen. In de echte economie leidt concurrentie tot meer innovatie. Waarom heeft het zolang geduurd voor er 4G was in ons land? Omdat er onvoldoende concurrentie is tussen de telecomoperatoren. Als er een speler bijkomt die meteen inzet op 5G, krijg je een ander verhaal. Dan moeten Proximus, Telenet en Orange zich snel aanpassen. Het is ontzettend belangrijk dat zoiets gebeurt, want 5G is dé voorwaarde voor zelfrijdende auto’s en smart cities.’
‘Het is nu of nooit: de Europese Commissie verplicht ons om voor twintig jaar telecomlicenties te verkopen om zo voldoende stabiliteit voor investeerders te garanderen. Ofwel openen we nu de markt voor een nieuwe speler, ofwel doen we het in 2039. Ik geloof dat het nu tijd is voor een shake-up van de markt en ik word erdoor geholpen dat er een geloofwaardige speler klaarstaat, zoals het BIPT aangeeft.’
Over wie gaat het?
De Croo: ‘Dat weet ik niet.’
Dat geloven we niet.
De Croo: (schiet in de lach) ‘Ik lach omdat u zo’n smoel trekt alsof u mij niet gelooft.’
Dat het soms botst met Proximus-CEO Leroy, betekent niet dat haar hoofd op het kapblok ligt.
Alexander De Croo
Minister van Digitale Agenda
Is de Franse speler Iliad de prijsbreker die u wilt?
De Croo: ‘Ik weet enkel dat er interesse is van een Europese speler.’
We horen scepticisme in de federale regering over uw plannen. Hoe groot zijn de slaagkansen?
De Croo: ‘Ik vermoed dat de lobby van de telecombedrijven mijn coalitiepartners aan het bewerken is. Voor wie het bekijkt vanuit het standpunt van de consument, kan het na een analyse enkel zonneklaar zijn dat een vierde speler de oplossing is.’
Hoe kunt u beweren de consument te verdedigen terwijl de staat de meerderheidsaandeelhouder is van ProximusDat is toch een belangenconflict?
De Croo: ‘Ik kom nooit tussenbeide bij Proximus. Dat mag u vragen aan de CEO, Dominique Leroy. Ik heb zelfs de wet veranderd zodat ik geen regeringscommissaris meer heb en ik nooit meer betrokken hoef te worden bij de operationele beslissingen.’
Wat met het dividend, waar de staat jaarlijks op hoopt?
De Croo: ‘Ik heb nooit enige richtlijn gegeven over wat er met het dividend moet gebeuren. Laat ons wel wezen, Proximus is geen kamerplant. We moeten de markt niet afschermen om te garanderen dat het bedrijf kan overleven.’
Hoe voelt het dan dat Leroy u bijna vierendeelt omdat u de komt van een vierde speler aankondigt?
De Croo: ‘Leroy heeft erop gewezen dat we nog altijd door één deur kunnen, maar dat we soms tegengestelde belangen hebben. Proximus is niet mijn persoonlijke zandbak. Ik sta aan de kant van de consument, zij verdedigt haar bedrijf. Dat het daardoor soms botst, betekent niet dat haar hoofd op het kapblok ligt.’
U bent een meerderheidsaandeelhouder van Proximus en tegelijk verdediger van de consument. Dat is toch een belangenconflict van jewelste?
De Croo: ‘Waarom is de redenering dat als er een speler bijkomt Proximus de verliezer wordt? In veel sectoren is het zo dat de komst van meer concurrentie maakt dat de al bestaande bedrijven zich reorganiseren, een tweede jeugd beleven en er als winnaar uitkomen.’
U zou veel geloofwaardiger zijn als de staat zijn belang in Proximus verkoopt.
De Croo: ‘Ik ben altijd heel duidelijk geweest over de toekomst van overheidsbedrijven als Bpost en Proximus: het is voor mij geen taboe om dat meerderheidsaandeelhouderschap op te geven. Het is evenmin een fetisj. Ik ben niet op zoek om die bedrijven tot elke prijs van de hand te doen. Het is niet zo dat een verkoop aan pakweg een investeringsfonds tot meer concurrentie zal leiden. We gaan ook niet snel verkopen aan buitenlanders om dan vast te stellen dat de beslissingen over dat bedrijf ook in het buitenland genomen worden, zoals met Electrabel is gebeurd.’
Schermvullende weergave
Alexander De Croo (Open Vld), vicepremier en minister van Ontwikkelingssamenwerking, Digitale Agenda, Telecom en Post.
Afgelopen week pleitte u ook voor een privatisering van de spoorwegen. Gelooft u daar echt in?
De Croo: ‘Een jaar of vijf voor we de markt moesten openen voor andere spelers, heeft de overheid beslist om Proximus en Bpost klaar te maken voor een private partner. Het idee was dat het zo performantere bedrijven zouden worden en achteraf kunnen we alleen vaststellen dat ze dat ook zijn geworden. Voor de NMBS ligt dat veel moeilijker, want dat bedrijf is daar niet klaar voor. We moeten dat proces wel beginnen, want in 2023 wordt de reizigersmarkt vrijgesteld en kunnen dus ook andere bedrijven treinritten in ons land aanbieden. We willen toch niet dat de NMBS een vogel voor de kat is?’
Waarom pleitte u voor een privépartner voor de spoorwegbeheerder Infrabel en niet voor de NMBS, die instaat voor het reizigersvervoer.
De Croo: ‘Omdat het gemakkelijker is om daar snel een privépartner voor aan te trekken. Wie daarin investeert, weet dat er een relatief voorspelbaar rendement is omdat de NMBS betaalt om over de aangelegde sporen te rijden. De komst van een private speler zou een goede zaak zijn, want er zijn nog veel efficiëntiewinsten te boeken. Later moeten we hetzelfde doen voor de NMBS.’
Hoe zit het nu met de overheidsbank Belfius? Het lijkt erop dat de plannen voor een beursgang weer in de koelkast zitten.
De Croo: ‘Het lijkt mij moeilijker en moeilijker te worden. Ik heb niet de gave om de beurskoersen te voorspellen, maar ik vertel geen geheimen als ik zeg dat het beursrisico door de recente internationale gebeurtenissen groter is dan enkele maanden geleden. Ik zie ook een Belgisch risico doordat de verkiezingen steeds dichterbij komen. Toch wil ik een beursgang niet uitsluiten, maar dan moeten we voor eind juli beslissen.’
CD&V-vicepremier Kris Peeters wil enkel instemmen als er ook een oplossing is voor de Arcocoöperanten, die hun geld verloren doordat Arco samen met Dexia, de voorganger van Belfius, ten onder ging.
De Croo: ‘Ik betreur die koppeling, want het maakt het er alleen maar moeilijker op. Maar CD&V heeft de dossiers gelinkt en daarom is dat een politieke realiteit. Voor mij geldt die koppeling ook omgekeerd. Als er geen beursintroductie komt voor Belfius, komt er ook geen oplossing voor Arco. In het voorstel dat circuleert om de Arco-coöperanten te vergoeden - dat nog altijd het fiat van Europa moet krijgen - wordt gerekend op een deel van de opbrengsten van de verkoop van Belfius. Als we niet verkopen, is er geen geld.’
Zo laten we een kans laten liggen om Belfius met een mooie meerwaarde naar de beurs te brengen?
De Croo: ‘We moesten als samenleving veel geld steken in de redding van Dexia. Dat was een dure zaak, maar na tien jaar kunnen we zeggen dat het een winstgevende operatie is geweest. Het wordt tijd dat we de gemeenschap toelaten de winst te pakken op het risico dat we hebben genomen. Dit dossier kan écht wat meer rationaliteit en wat minder politieke spelletjes gebruiken.’
De meerderheid lijkt wel verzand te zijn in zulke spelletjes, ook over het brugpensioen op 56 jaar bij Carrefour, waarbij de federale en de Vlaamse regering elkaar met de vinger wijzen.
De Croo: ‘We blijven er helaas van uitgaan dat iemand van 56 jaar geen werk meer zal vinden. Hallo? Enkel in de retail en de kleinhandel staan meer dan 7.000 vacatures open. De mogelijkheden zijn er, want het traditionele brugpensioen bestaat niet meer. Het gaat nu om werklozen die een bedrijfstoeslag krijgen. Het komt erop aan om die mensen te activeren en daar schieten we tekort.’
Gaat de federale regering een signaal geven door het brugpensioen op 56 jaar te weigeren?
De Croo: ‘Ook de Vlaamse regering zou dat kunnen doen.’
Nu bent u zelf spelletjes aan het spelen. Wat zou u doen?
De Croo: ‘Laat ons er geen symbolenstrijd van maken. Het is al erg genoeg dat de Vlaamse en federale minister van Werk (Philippe Muyters (N-VA) en Kris Peeters, red.) als ridders op een paard met hun lans op elkaar afstormen in de hoop elkaar ten val te brengen. Laat ons alles in het werk stellen om die mensen aan het werk te helpen. Daarom is de arbeidsdeal van premier Charles Michel (MR) zo belangrijk.’
Ook voor de arbeidsdeal wijzen Vlaanderen en de federale overheid naar elkaar, waardoor nauwelijks iets gebeurt. Het beleid lijkt zo eerder een voortzetting van dat van de regering-Di Rupo.
De Croo: ‘Daar ben ik het mee oneens. Er is écht wel een reeks grote trendbreuken. Natuurlijk speelt de economische conjunctuur mee, maar onder deze regering zijn al bijna 200.000 jobs gecreëerd. Dat heeft geen enkele regering in de recente geschiedenis ons voorgedaan. We doen de belastinginkomsten dalen, de overheidsuitgaven dalen en de schuld neemt af. En ja, het begrotingswerk gaat moeizamer dan gedacht. Dat we nog geen begroting in evenwicht hebben, komt net doordat we een lastenverlaging hebben doorgevoerd.’
Onder druk van de sociale partners werden de arbeidsmarkt- en de pensioenhervormingen afgezwakt. De discussie over de zware beroepen is op dat vlak toch symptomatisch?
De Croo: ‘U maakt er nu een politieke discussie van. Kijk naar de feiten: er zijn meer mensen aan de slag en ook het aantal werkende 50-plussers is sterk gestegen. In enkele jaren hebben we het aantal bruggepensioneerden met een derde doen dalen tot 88.000 mensen. Dat is niet niks.’
Blijven het geen te kleine stapjes?
De Croo: ‘Natuurlijk is het niet allemaal perfect volgens het boekje. Er zijn bijsturingen geweest, want we zitten in een coalitieregering en dan moet je soms compromissen maken. Als we alleen in de regering zouden zitten, zouden we minder moeten toegeven. Zo werkt het niet in ons land. Los daarvan kan niemand ontkennen dat we een trendbreuk hebben teweeggebracht.’